Het Lingelandschap is een kleinschalig romantisch landschap. Kleine dorpjes en stadjes vleien zich tegen de kronkelige dijk. Je ziet aan het sterke meanderen van het riviertje nog af, hoe eens een tak van de Rijn zich met geweld door het langzaam aflopende landschap heeft gewurmd. De nog aanwezige wielen zijn getuigen van hevige doorbraken. De kleinschaligheid van de stroomruggen langs de Lingedijken heeft cultuurhistorische oorzaken met boomgaardjes, weitjes, boerderijen in de dorpen, drinkplaatsen, voormalige insteekhaventjes en veerstoepen. Binnendijks liggen de lage komgronden aan weerszijden van de Linge als stille getuigen van het barre leven in het Rivierengebied – de winterse waterspiegels en de zware klei, die alleen enige begrazing in de zomer, eendenkooien en grienden toelieten. En dan heb je nog de lange, lange Hollandse Waterlinie. In 2030 is de HWL Wereld Erfgoed. Het is een landschap dat het cultuurhistorisch verdient om gekoesterd te worden. Zelden kun je zo precies zien aan een landschap hoe mensen hier in een ver verleden gewoond hebben en gewerkt.
Zo heeft ‘onze’ Vereniging in 2018 het Lingelandschap beschreven. En zo hadden wij verwacht dat het Lingelandschap in het nieuwe Bestemmingsplan Buitengebied Geldermalsen 2018 zou zijn verwerkt en beschermd. In februari 2018 werd het ‘ Voorontwerp Bestemmingsplan Buitengebied Geldermalsen 2018’ gepubliceerd. Daarop hebben wij in maart 2018 ingesproken. Want wat wij zagen in dat Voorontwerp was een onvoldoende koestering van een van de bijzonderste en kwetsbaarste landschappen van Nederland.
Het ‘Voorontwerp Bestemmingsplan’ werd na verwerking van alle inspraakreacties aangepast en einde 2018 als ‘Ontwerp Bestemmingsplan’ gepubliceerd. Veel van onze inspraakreactie was inmiddels verduidelijkt en toch bleek het nodig om weer een ‘zienswijze’ in te dienen op 30 januari 2019. Daarbij is vooral ingezoomd op de Linge en haar uiterwaarden, immers de kern van ons werkgebied. De integrale zienswijze kunt u hieronder downloaden.
Onze voornaamste bezwaren tegen het ontwerp bestemmingsplan leest u hieronder.
1. Landschaps- en natuurbescherming in de uiterwaarden
De Vereniging betreurt het dat de uiterwaarden geen hogere landschapsbescherming krijgen dan ‘agrarisch gebied’ en ‘agrarisch gebied met waarden’. De Linge met haar uiterwaarden wordt op provinciale kaarten zoals de net vastgestelde Omgevingsvisie ‘Gaaf Gelderland’ nog steeds (al meer dan 20 jaar) ingetekend als ecologische verbindingszone (donkergroen). Dat betekent, dat het gebied een belangrijke rol speelt in het handhaven en verbeteren van biodiversiteit en migratie van planten en dieren. De Provinciale Omgevingsvisie zou daarmee kaderstellend moeten zijn voor het onderhavige bestemmingsplan. In het bestemmingsplan Buitengebied 2018 wordt daaraan echter geen recht gedaan. Juist de Linge is in samenhang met haar uiterwaarden de belangrijkste trekpleister voor recreanten en toeristen van elders en voor de eigen inwoners. Landschap in dit gebied is dus niet alleen een welzijnsfactor voor de eigen inwoners maar ook een cruciale economische factor voor toerisme en recreatie. Het is onbegrijpelijk dat deze landschaps- en natuurfactoren niet hebben geleid tot een hogere bescherming van het gebied. De VBL zou wensen, dat deze omissie wordt aangepast.
De VBL vindt dat de uiterwaarden een aparte bescherming ten behoeve van natuur en landschap moeten hebben. De VBL verzoekt de gemeenteraad om vaststelling van het bestemmingsplan Buitengebied Geldermalsen 2018 aan te houden totdat deze omissie zal zijn hersteld.
2. Boomgaarden in de uiterwaarden
Het is vanuit landschappelijke optiek niet altijd bezwaarlijk dat in de uiterwaarden van de Linge boomgaarden worden aangelegd. Wel zou er vanuit de functie als ecologische verbindingszone een vrije zone langs de oevers van de Linge moeten worden gehandhaafd. Dit kan alsnog worden geregeld bij de ontheffing verlening. Volgens het nu voorliggende bestemmingsplan Buitengebied Geldermalsen 2018 mag middels een ontheffing max. 5 ha boomgaard in de uiterwaard worden aangelegd. De VBL constateert echter dat het volkomen onduidelijk is onder welke voorwaarden een dergelijke ontheffing verleend kan worden. Verdraagt de concrete locatie de aanleg van 5 ha boomgaard? Waaraan wordt dat dan getoetst? En kan na de aanleg van 5 ha boomgaard, onmiddellijk opnieuw een ontheffing voor nog 5 ha boomgaard worden aangevraagd?
De VBL verzoekt daarom om in de regelgeving van het bestemmingsplan Buitengebied de toetsingscriteria voor ontheffing nader aan te geven. De VBL verzoekt om aan die toetsingscriteria voor ontheffing een vrije ecologische zone van tenminste 15 meter vanaf de Linge-oever toe te voegen.
Teelt ondersteunende voorzieningen (TOV)
In het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied zullen teelt ondersteunende voorzieningen (TOV) automatisch zijn toegestaan indien een boomgaard mag worden aangelegd respectievelijk al eerder is aangelegd (Reactienota, blz. 11). Dit is landbouweconomisch begrijpelijk. Vanuit landschapsoptiek is het dat niet. Aangezien teelt ondersteunende voorzieningen bij recht voortaan bij elke boomgaard zijn toegestaan, zijn zij ook bij boomgaarden in de uiterwaarden onbeperkt toegestaan.
Teelt ondersteunende voorzieningen zijn in vol bedrijf gedurende de periode, dat ook inwoners en andere recreanten van het landschap hadden willen genieten (1 mei-1 november). Zij hebben een grote impact op het landschap. Ook in de periode 1 november-1 mei waarin palen en frames van TOV wel permanent mogen blijven staan, hebben zij nog steeds een grote impact op het landschap.
De VBL heeft onder punt 1 al betoogd dat de landschappelijke kwaliteit van de uiterwaarden niet alleen een welzijnsfactor is voor de eigen inwoners maar evenzeer een cruciale economische factor voor Recreatie en Toerisme. Hier had in de afweging van de diverse belangen (die van fruittelers versus die van landschapsschoon, recreanten en lokale ondernemers in de recreatieve bedrijfstak) tot een niet-generieke regeling ten behoeve van de uiterwaarden gekomen moeten worden.
De VBL verzoekt om een meer specifieke TOV-regeling voor de uiterwaarden. Zo dit op deze korte termijn niet mogelijk is, verzoekt de VBL dan toch de bestaande beperking tot 0,5 ha TOV in het nu geldende bestemmingsplan, te handhaven.
Op het moment van schrijven, weten we nog niet hoe de nieuwe gemeente West Betuwe met onze zienswijze om zal gaan. We wachten in spanning af. Als u vragen heeft over dit proces, kunt u uiteraard contact met ons opnemen.